De Palmboom in de Bijbel (1) Symbool van de Boom des Levens
André H. Roosma 7 januari 2012
Wist u dat in de oudste Bijbel-manuscripten de palmboom waarschijnlijk
duizenden keren voorkwam? Eén van de letter-symbolen in het schrift van Israël
van vóór 500 voor Christus zag er namelijk zó uit:
Deze oude aanduiding van de letter die later vervangen is door de
samekh en sin was een gestyleerde afbeelding van een palmboom,
zo bleek uit een recent onderzoek.1
Uit datzelfde onderzoek kwam ook naar voren waarom we nog steeds het
paradijs of een paradijselijk eiland, met palmbomen associëren.
Al in het derde millennium voor Christus gold in het gehele Midden Oosten
de palmboom (in het bijzonder de dadelpalm) als
symbool voor de Boom des Levens (Hebreeuws: עֵץ
הַחַיִּים - de
éts ha-chaiim) – op zijn beurt zo ongeveer de
meest begeerde, paradijselijke plant in de geschiedenis van de mensheid.
Wie ervan at, zou nooit meer sterven...
 Een dadelpalm
vol vruchten © Guus Molenaar, Huizen. |
Nu wist men sowieso dat als je van dadels at, ze je enorm veel en snel
energie gaven. Verse dadels behoren tot de meest suiker- en
vitamine-rijke vruchten die er bestaan! En die suikers uit dadels worden
ook nog eens supersnel in je bloed opgenomen – zelfs sneller dan
bij pure glucose! Bijzonder nuttig en gewenst, als je een dag door de droge
woestijn had gelopen en uitgeput was. Daarnaast kon de warmte van de woestijn je zeer gemakkelijk bedriegen: je
dacht dat je water zag, maar als je dichterbij kwam, bleek het alleen heet
zand te zijn; een luchtspiegeling. Zag je daarentegen een palmboom,
dan wist je: dáár is écht water; palmen stonden meestal bij een oase.
Een ander aspect van de dadelpalm is dat de vruchten in het Midden Oosten
al millennia gelden als bevorderlijk voor de mannelijke geslachtsdrift
en vruchtbaarheid. Dit vinden we in feite ook in de Bijbel terug, o.a.
in Genesis 30: 14-18. Als Leah’s zoon Jehudah thuiskomt met dudaïm (liefdesappelen
oftewel dadels), koopt Leah daarmee een nachtje Jakob van Jakob’s
lieveling, Rachel. Dat het hier om dadels gaat, blijkt uit de naam die Leah
negen maanden later geeft aan de zoon die dan geboren wordt: ישׂשׂכר - Issaskhar; in het oude
schrift:     , letterlijk: ‘hij gaf de palm[-vrucht]en in de
hand van de machtige ander’.
Nog een aspect van Israëlische dadelpalmen is hun eigen vruchtbaarheid.
Niet alleen kan een palm gigantische aantallen vruchten produceren, deze
vruchten hebben ook nog eens een enorme kiemkracht.
Nabij Massada zijn pitten gevonden van ca. 2000 jaar oud, die nog levenskracht bezaten! Enkele bleken in
staat nog tot een gezonde palmboom uit te groeien! Kortom, die associatie van de palmboom met de boom
des levens is zo gek nog niet!
Voetnoten
Zie ook de Engelse Wikipedia pagina’s over de Judean Date Palm en Phoenix dactylifera.
Willem van es
Ik heb een vraag eigenlijk via een omweg; er is
iemand die gereageerd heeft over een artikel van u en vertelde over de 7
vruchten waarvan hij de dadel plam noemt maar dat begrijp ik dus niet wat
overal staat honing. Nu heb ik wel is vaker gelzen dat er ipv honing aan een
dadelpalm wordt gedacht. Mijn vraag is dus hoe is dat te verklaren. Deut 8:8.
De grap is dat ik zelf ook een studie daar over wilde makem. Gr willem
André
Harteijk bedankt, Willem, voor je vraag. Deuteronomium 8: 8 spreekt inderdaad impliciet over 7 vruchten. De laatste
is vertaald als ‘honing’. Het Hebreeuwse woord (debash) is ook te vertalen als: siroop of stroop.
Recent onderzoek heeft laten zien dat het hier waarschijnlijk gaat om wat we
wel dadel-honing of -stroop zouden kunnen noemen: een soort sappige stroop van
verse dadels. De gelijkenis met honing als eveneens een soort suikerzoete
‘stroop’ is dan ook evident.
Willem
Hallo heer Roosma Dank u wel voor uw antwoord,
super bedankt gr willem
Het meest recent hiervoor gepubliceerde artikel was:
‘Het oorspronkelijke aleph-beth’.
Dit is het eerste artikel in een nieuwe reeks:
‘De Palmboom in de Bijbel (1) Symbool van de
boom des levens’,
(2) Vol rijke symboliek,
(3) Teken van Gods tegenwoordigheid en spreken,
(4) Mozes en het grote vuur in de palm-top;
De grote gouden Menorah; en
(5) de ‘taal’ van de palmboom.
|